Weert en omgeving

Introductie Natuur in Weert en omgeving.
Op onderstaande tabel zie je een overzicht van de door mij bezochte natuurgebieden. Deze kun je aanklikken.
Woorden in de berichten die rood gekleurd zijn, verwijzen naar een onderwerp. Als je daar op klikt kom je in dat bericht terecht. Door links bovenaan het scherm op het pijltje te klikken, ga je weer terug naar het vorige bericht.

"De huidige gemeente Weert en omgeving was in oude tijden voor ¾ omringd door woeste gronden, plassen en moerasgebieden. Het "eiland van Weert" kon toen ook alleen maar bereikt worden via hoger gelegen zandruggen (een overblijfsel uit de ijstijd), die in de moerassige gebieden lagen." (Bron: Stan Smeets, in "Andermaal Altweert").
Volledige tekst >>

Select language

Volgers


Posts tonen met het label maremmana. Alle posts tonen
Posts tonen met het label maremmana. Alle posts tonen

dinsdag 29 december 2015

Taurossen beej Baks 2015

Op het kaartje van de begrazingsgebieden, heb ik bij de Heltenboschdijk  (* hilsenbosch, heltenbosch of eltenbosch= hoog bos) de naam "beej Baks" gezet.  Op een militaire kaart van 1939 wordt de brug over de beek trouwens Beltenboschbrug (*belt=bult) genoemd. Wij noemen ze ook wel "Baksbrug".
Consortium AHV (ARK Natuurontwikkeling, Habitura en Rentmeester Van Soest), heeft dit perceel dat langs de Tungelroyse beek ligt via koop verworven. De aankopen in Kempen~Broek zijn er op gericht om een "ketting" van aaneengesloten natuurgebieden te krijgen. Dit heet Ecologische Hoofd Structuur.

Door deze aankoop, komt er aansluiting van het Wijffelterbroek met de Tungelerwallen en het functioneert tevens als bufferzone voor het achterliggende moerasgebied. Ark noemt dit perceel ook 't "Brook", maar ik noem het liever "beej Baks" of  "op Baks". Hoewel deze naam nergens officieel wordt vermeld, heb ik die plek zo genoemd, omdat de bewoner bij de lokale bevolking bekend was als  "Baks Sjang".

Op de achtergrond de Baksbrug. Links van de beek ligt het perceel "beej Baks".
Er zijn twee verklaringen voor het woord BAKS, namelijk varken/rug of welving/hoogte.
(bronnen o.a. www.taaltutor.nl en de Etymologiebank)

***"Baks" is afgeleid van het oud-Franse "Baco" en de vroeger in Zuid-Nederland en Duitsland gebruikte woorden "Baka", "Bake" en "Bax". Een "bake" was een varken, dat in het verleden in bossen werd gehoed of daar gehouden werd vanwege het aldaar aanwezige voedsel (m.n. eikels en beukennootjes).

***"Baka" of "Bake" (rug, welving, hoogte) is echter ook een toponiem, dat verwijst naar een geografisch hoger gelegen plek, waar varkens werden gehouden of gehoed. Mogelijk is het eerst ook Bake-bos genoemd en later verbasterd tot Baks. Je vindt die betekenis van bult, rug, welving of verhoging ook terug in plaatsen als Bakel (bake+lo), Bakenbos, Bakenberg, Baxbos en Baksheide (bij Beesel). Bake en de afgeleiden daarvan hebben, met uitzondering van Baksheide, een link met bos of heuvelrug.
En wat te denken van "achterbaks" in de betekenis van achter iemands rug om (= stiekem)?
De voormalige boerderij Bakewell aan de Eindhovenseweg heeft overigens niets met dit toponiem te maken.
de kaart van 1830-1850 laat zien hoe open en onbebost Altweerterheide toen was
De naam "Baks" heeft ook geen betrekking op de persoon Sjang Niessen. De boerderij is van omstreeks 1900 en toen Sjang die uit Tungelroy kwam (bijnaam Sjang van Stelders Driek) de boerderij eind jaren dertig, begin jaren 40 kocht, kreeg hij van het ene moment op het andere een andere bijnaam cadeau!! Ik neem dus aan dat de boerderij of het gebied toen al Baks werd genoemd.
Wie de vorige eigenaar was is mij niet bekend en ik weet ook niet sinds wanneer de boerderij of het gebied zo genoemd wordt.

Officiële áchternamen als Baks, Backs en Bax zijn afgeleid van het beroep varkensfokker. Dat zou dus ook kunnen gelden voor iemand die die bijnaam heeft. Ook dat is echter in het geval van Baks Sjang niet het geval.  Hij was zeker geen varkensfokker. Hij had, net zoals de meeste boeren in zijn omgeving, een klein gemengd bedrijf. Te klein om een groot gezin te onderhouden, zodat hij gedurende meerdere uren per week zijn geld elders ging verdienen.

Hoe logisch mijn uitleg over  "op baks" of "beej baks"  als een boerderij op een hoger gelegen plek, of het hoger gelegen gebied zelf misschien ook klinkt, ik kan dit dus niet hard maken.....
Wie het weet mag het zeggen......................

Als het betrekking heeft op de hoger gelegen plek, is het hier in elk geval niet in combinatie met bos, want dat zou niet kloppen met wat je op bovenstaande kaart ziet en wat W. Lenaers in 1948 schreef in "veldnamen in en rond Stramproy":  Volgens de overlevering behoeven we maar enkele eeuwen terug te gaan om vanaf “het Indj” (* bij het Nûnkske kruûs op Bergerroth) met het blote oog het Heihuis bij de tegenwoordige Diesterbaan te kunnen zien.  Zo troosteloos en onbebost was destijds Altweert!”........

Wil je de volledige tekst van deze verklaring lezen, klik dan op deze link.

"Op Baks" wordt begraasd door Maremmana runderen en Exmoor paarden.  De Exmoors  lopen ook op de Loozerheide en in het Weerterbos. 

De kudde Exmoors is in een jaar tijd flink uitgebreid. Er lopen momenteel 11 dieren. Een prachtig oud ras.

Hoewel er al lange tijd een Maremmana stier op o.a. Siëndonk en Kwaoj Gaât voor nakomelingen heeft gezorgd en er Maremmana koeien op de Loozerheide lopen, zijn de Maremmana's op Baks pas één jaar hier. Eind oktober 2014 heeft Stichting Taurus namelijk 15 koeien van dit ras vanuit Toscane over laten komen. De dieren zijn afkomstig van een vijftal boeren, waarvan één zelfs had aangegeven er helemaal mee te stoppen. Precies een jaar geleden schreef ik al over deze pas geïmporteerde koeien. Klik HIER als je dat wil nalezen.

Drie dieren werden "op Baks" geplaatst en begrazen samen met de Exmoors het grote perceel. Waarom er niet meer dieren worden geplaatst is mij niet duidelijk.

Twee koeien hebben inmiddels wel een kalf. Dankzij de Pajuna stier, die er nadien geplaatst is. Dus de kalfjes zijn Maremmana X Pajuna kruisingen. Het is mij niet duidelijk of deze Pajuna nog raszuiver is.

Maremmana's zijn koeien van een oud ras dat niet meer past in de moderne veeteelt. Omdat dit dier in zijn zuivere vorm steeds minder voorkomt en zonder tegenmaatregelen mogelijk zelfs zou kunnen verdwijnen, heeft de Stichting deze dieren over laten komen om hier in het TaurOs project in te passen en over enkele jaren ook weer dieren terug te kunnen zetten in Italiaanse natuurgebieden.

Het Maremmana ras is tegenwoordig een niet veel voorkomend rund uit de Podolische langhoornvee groep. Het ras zou afstammen van runderen die met de Hunnen uit Mongolië, via de Oekraïense steppe, in Italië kwamen in 452 voor Christus. Het rund werd vooral gebruikt als trekdier en pas in tweede instantie voor rundvlees en zuivelproducten.

Bij de koeien zie je veel variatie in de kleur van de vacht, die kan variëren van wit tot donkergrijs. Een ander kenmerk is hun halskwab en een lichtgewicht skelet met slanke benen en sterke poten. De hoorns kunnen wel tot 100 cm lang worden. Bij de stieren is dat in een typische halve maan vorm en de koeien hebben liervormige horens.

vrijdag 26 december 2014

Maremmana primitivo nakomelingen?

Op dit moment lopen in Weert op 11 percelen runderen, die deel uitmaken van het TaurOsproject.
Vorig jaar, december 2013, heb ik een blog geplaatst van de taurossen op Siëndonk. Dit perceel ligt tussen de Lochtstraat en de Grensweg in Stramproy. Meest opvallend toen was de kolossale Maremmana primitivo stier die met een Pajuna stier bij de Tudanca koeien liep. De Maremmana stier is inmiddels naar het Wisseblök verplaatst, waar Limia koeien rondlopen en de Pajuna stier loopt nu bij de Limia's in het bos bij de "Weerter Kempen". Over de Maremmana koeien, die op de Loozerheide rondlopen, heb ik al eerder iets verteld, dus dat laat ik nu achterwege. Je kunt het eventueel nalezen door op deze link te klikken.

stierkalf op Siëndonk in december 2013
Op Siëndonk liepen vorig jaar verschillende kalveren rond, waarvan ik niet kon zeggen of dit nakomelingen waren van de Maremmana of Pajuna. Ik vermoedde van de Maremmana, maar wist het als niet-deskundige niet zeker, dus heb hier verder ook niets over verteld. Een van de kalveren die met name opviel vanwege zijn postuur, was deze jonge stier.


Wat ik me ook nog kon herinneren, was dat dit dier als één van de weinigen dichterbij kwam, om eens te kijken welk vreemd wezen daar bij de afrastering stond.

"verse import uit Italië en 100% raszuiver"
Vandaag, precies een jaar geleden, ben ik nog eens terug gegaan om te kijken of het nu wat duidelijker was.
Op het perceel naast Siëndonk, dat "de Lieëg Hei" wordt genoemd, liepen 4 runderen rond.
Drie koeien en één stier van het Maremmana ras. Ik dacht in eerste instantie dat we hier te maken hadden met hetzelfde jonge dier dan op de vorige foto, maar kon dat dus niet met zekerheid zeggen. Het kon namelijk ook de geïmporteerde stier zijn, die Stichting Taurus in november samen met 15 koeien vanuit Toscane heeft laten overkomen. Hierover kun je meer lezen in een artikel van het Brabants Dagblad.

*****Gelukkig attendeerde Denis Frissen, beheerder Kempen~Broek, mij er achteraf op, dat het toch de geïmporteerde stier is. Alle vier dieren zijn, zo verzekerde hij mij, "verse import uit Italië en honderd% raszuiver". Ik had dat blijkbaar ook al kunnen zien aan de afwijkende kleur van de oormerken. Een prachtig dier in elk geval om te zien en omdat hij achter het prikkeldraad zit is het wel prettig om hem van zo dichtbij te mogen bekijken.

Je vraagt je op dat moment echter ook af wat er zou gebeuren als die afrastering er niet zou zijn.......
Ark en Free Nature willen dieren fokken die een sterk wijkgedrag hebben, maar bij dit dier is hier (nog) geen sprake van. Ik adviseer je dan ook om zeker niet in het weiland te gaan of minimaal 25 m. afstand te houden. Of nog beter: blijf achter het prikkeldraad..........

Hoewel ik in eerste instantie dacht dat we bij de koeien misschien ook te maken hadden met gekruiste Maremmana's, heb ik Daniel Foidl van Breeding Back gelijk moeten geven en zijn de drie koeien de Maremmana's die door Stichting Tauros zijn geïmporteerd. Ook Denis Frissen, als meest betrokkende, bevestigt dat nog eens. Nadat de geïmporteerde stier en 15 koeien namelijk 3 weken in quarantaine zijn geplaatst in de Keentsche Uiterwaard bij Keent, zijn ze allemaal overgebracht naar Kempen~broek. Het betreft een tijdelijke oplossing, totdat men een begrazingsgebied vindt, waar de dieren voor een langere periode terecht kunnen.

Ook één van de drie koeien kon haar nieuwsgierigheid niet bedwingen en kwam naar de afrastering. Hoewel de Maremmana lange tijd als trekdier is gebruikt en bekend staat als een volgzaam dier met een sterk wijkgedrag, is dit ook weer een signaal, dat je het beste de minimaal voorgeschreven afstand houdt.

Op de terugweg zag ik dat er ook drie Maremmana koeien liepen in het weiland bij "Baks" (Heltenbosdijk), waar ook Exmoor paarden lopen. Waar de andere 9 koeien lopen is vooralsnog niet bekend. Daar zal ik nog eens naar op zoek moeten gaan.

Mijn vraag bij de titel "Marammenna primitivo nakomelingen?" kan ik dus beantwoorden met een volmondig "nee". Met dank aan Denis Frissen en Daniel Foidl.

donderdag 12 juni 2014

Grazers op de Loozerheide

Na de bezoekjes aan de Loozerheide de afgelopen weken, heb ik me al een aantal keren afgevraagd wat nou de juiste benaming van dit gebied is. De lokale bevolking sprak vroeger van de "Aw hei". Nu heeft men het over de Loozerheide, Lozerheide, Nyrstar gronden en de Nyrstar heide.
Tijd om op zoek te gaan naar wat meer duidelijkheid.

Ik heb verschillende oude kaarten bekeken, maar het werd er niet duidelijker op. Afgaande op de legendekleuren op een kaart van 1953, zou ik geneigd zijn te zeggen dat het gebied meer aansluit op de Boshoverheide en de Loozerheide eigenlijk toch meer noordelijk tot aan de spoorlijn ligt.

Op deze kaart is ook te zien dat de eind 19e eeuw aangelegde "Havenweg" en de spoorweg het Ringselven doorsnijden. Het gebied ten oosten van de weg is in gebruik genomen als de zogenaamde  "Klaarvijvers" en de rest is drooggelegd. Dit alles vanwege de zinkfabriek die zich hier in 1892 vestigde.

Duidelijk ingetekend op deze kaart zien we ook een bewaard gebleven stukje van de Peel-Raamstelling. Dit was een aangesloten verdedigingslinie van Grave in het noorden tot Budel/ Dorplein in het zuiden, die kort voor het uitbreken van WO II nog snel is aangelegd. Het doel daarvan was een strategische beveiliging aan te leggen, om zo een eventuele doortocht van Duitse troepen door Noord - Brabant naar België en Frankrijk te verhinderen of te belemmeren. Ook werden voor dat doel kazematten langs het kanaal gebouwd. De Loozerheide werd bestemd als eventueel inundatiegebied. Voor dat doel werd van het kanaal tot aan het spoor een dijk aangelegd en als men (zo werd gedacht), dat gebied onder water zou laten lopen met kanaalwater, zou de doortocht van de Duitsers verhinderd dan wel vertraagd worden. De dijk lag grotendeels in de dennenbossen van Ernest Wenmaekers (van Landgoed les Beaux Champs). Toen de oorlog uitbrak in mei 1940 is een groot deel van de omringende bossen door de terugtrekkende troepen in brand gestoken. De schade is naderhand vastgesteld op liefst fl. 30.000,-. Hoewel er in Weert enkele korte gevechten plaats vonden in de ochtend van 11 mei 1940, trokken de Duitsers gewoon om de Loozerheide heen, zodat het effect van deze maatregel nul komma nul was. De restanten van deze dijk liggen er nog steeds. Je vindt die deels langs het pad naar de vogeltelpost. In de afgelopen jaren zijn er in oostelijk Brabant een aantal maatregelen genomen die de Peel - Raamstelling meer zichtbaar maken, maar op de Loozerheide wordt niets ondernomen.

Op deze kaart van 1850 is te zien hoe gigantisch groot de "Looserheide" ooit is geweest. Ruwweg was het het gebied tussen Budelschoot, Lozen, Zuid-Willemsvaart, Boshover- en Weerterheide met grote vennen zoals Ringselven (dat toen nog een echte "ring" was), Weitjespeel, Rentmeesterspeel, Kranenven en de Hoort.

Ongetwijfeld maakte ook het huidige Domeinbos Lozerheide hier oorspronkelijk deel van uit, want de natuur kent nou eenmaal geen grenzen. Halverwege de 19e eeuw is dit aan de rand van Lozen gelegen gebied ontgonnen en in gebruik genomen als vloeiweide, of zoals de Belgen zeggen als "watering". Om de heidevlakte te bevloeien en vruchtbaar te maken, werd water van de nabij gelegen kanalen ingelaten.

Waterstaatskaart van waterschap Valkenswaard-Oost in 1877
Een deel van dit water en van een ander vloeiweidecomplex ten zuiden van Hamont, werd vervolgens via de Hamonterbeek richting Hoort en Ringselven afgevoerd.
Tussen het Ringselven en de Loozerheide ligt een hogere dekzandrug en het peil van de Zuid-Willemsvaart ligt ca. 3 m. boven dat van het Ringselven. Daarom werd er een duiker onder het kanaal aangelegd, zodat het Ringselven in zuidoostelijke richting af kon wateren op moerasgebied de Kruispeel. Om het water beter en sneller te kunnen afvoeren, is daarom tussen 1864 en 1877 vanaf het kanaal, ter hoogte van de Kruispeel, een beek tot aan de Kalverpeel gegraven. Op de Waterstaatkaart van Waterschap Valkenswaard-Oost van 1877 is dat goed te zien. Op bovenstaande militaire kaart van 1850-1864 zie je die beek echter nog niet.

In 1892 heeft de Waalse fabrikantenfamilie Dor midden in deze "Looserheide" ruim 900 ha. grond gekocht om er een Zinkfabriek te vestigen. De fabriek werd ongeveer gebouwd waar toen nog 6 (zand)wegen samenkwamen. In een eerdere blog heb ik beschreven wat de redenen waren om zich net hier te vestigen. Het koel- en afvalwater werd geloosd in de Tungelroyse beek.

Door deze kaarten krijg je een goede indruk hoeveel er is veranderd, maar qua naamgeving ben ik er niet veel wijzer op geworden. Lozerheide (met één o) valt sowieso af, om misverstanden te voorkomen met het Belgische Domeinbos Lozerheide. Omdat het gebied waar we het nu over hebben oorspronkelijk deel uit maakte van een veel grotere Loozerheide en over een aantal jaar ook Nyrstar misschien niet meer de eigenaar is van de zinkfabriek, blijft mijn voorkeur uit natuurhistorische overwegingen toch "Loozerheide". Zo maak je ook onderscheid met de ten oosten van de Defensiedijk droog gelegen Boshoverheide.

Nadat de Loozerheide in 2012 het eigendom is geworden van Stichting Ark, heeft men er runderen van het Maremmana Primitivo ras en Exmoor pony's geplaatst die zorgen voor de begrazing.
De kuddes zijn intussen gegroeid en sinds kort heeft men er een Maronesa stier bij geplaatst.

Maremmana koe met kalf op de Loozerheide in oktober 2013
Maremmana stier met Limia koe op Wisseblök in mei 2014
Bij de meeste runderen verschillen mannetjes en vrouwtjes niet zo heel erg veel, maar bij sommige dieren is het uiterlijk zo anders, dat je zou denken dat mannetjes en vrouwtjes tot verschillende soorten behoren.
Dat is ook het geval met de grijze Maremmana koeien en de zwarte Maremmana stier. Het is opvallend dat bij dit ras de kalfjes met een bruine vacht worden geboren en pas op latere leeftijd hun echte kleur krijgen. Ook bij de andere runderen uit het Taurosproject zie je dat.

De Portugese Maronesa stier moet voor nieuw nageslacht gaan zorgen. Maronesas worden in het Taurosproject gebruikt, omdat het een oud runderras is, dat in meerdere opzichten lijkt op het uitgestorven oerrund. Vooral de naar voren gerichte hoorns zijn interessant en het is een zeer snel en behendig ras, dat doet denken aan het wilde oerrund. De stieren hebben opvallende schouder- en nekspieren, een lichte aalstreep over de rug, meelsnuit en een bruine "bokkenpruik".
De Maronesa is echter ook een niet zo groot ras. Zoals Heckrunderen of kleiner. Het uiterlijk zegt echter niet alles. Qua karakter is het dier namelijk ook goed in te passen in het fokprogramma. Maronesa werden vroeger voornamelijk gebruikt voor werkzaamheden in de velden in bergachtige gebieden, in het bijzonder Sierra de Marão. Hier dankt ie ook zijn naam aan.

Begrazing wordt door Ark gezien als een sleutelproces voor een “zelfredzame” natuur in Kempen-Broek.

Stichting Taurus (officieel de eigenaar van de runderen en paarden), en Ark hebben op de Loozerheide ook voor Exmoorpony’s gekozen, omdat deze paarden ook de jonge boompjes en pijpenstrootje eten. Deze Exmoorpony’s zouden zodoende een ideale aanvulling op het graasgedrag van de Maremmana runderen zijn, want een groot deel van het gebied is begroeid met dit pijpenstrootje. Met de komst van deze kleine kudde Exmoorpony’s zullen, zo is de veronderstelling van Ark, weer open plekken ontstaan, die kansen bieden aan de heide en andere verdwenen of zeldzame planten.

Ik vraag me echter af waarom in dit gebied geen schapen zijn ingezet (zoals oorspronkelijk ook gebeurd is) en wat de meerwaarde van met name de taurosrunderen in dit gebied is. Zeker nu het ruigere en nattere gedeelte langs de kanaalzone tot aan de Defensiedijk afgesloten is door prikkeldraad en niet voor deze dieren toegankelijk is. Voor begrazing van dit soort gebieden zijn ze net bedoeld.
Tegenover runderen bieden schapen, samen met paarden/pony’s, het voordeel dat ze de grassen en kruidlagen zeer kort houden. Waar runderen halmen afbreken met hun tong, bijten de twee andere de plant echt af. Daardoor krijg je plaatselijk echt kortgeschoren stukken die vooral kleine kruidachtige plantjes plaats en zonlicht geven om erdoorheen te komen.

Ook het argument dat schapen niet geschikt zouden zijn voor met name de ruige vegetatie, geldt zeker niet voor elk schaap. Ik denk bijvoorbeeld aan het zeer oude Schotse hoogbenige Soay schaap of het oude Schotse "Hebridean" schapenras.
Op dit moment zijn de graslanden sowieso een lekkerder alternatief voor de runderen en paarden dan het karige voedsel. Het is wel goed dat men een aantal bomen na de rigoureuze kap heeft laten staan, als beschutting tegen de zomerse zon.

maandag 24 februari 2014

Een nieuwe lente op de Loozerheide

Gisteren was het zulk heerlijk weer, dat ik het niet kon laten er even lekker van te gaan genieten. Ik wist dat Stichting Ark een wandeling door de Loozerheide hield, dus daar heb ik, weliswaar onaangemeld, aan deelgenomen. Het was al weer even geleden dat ik op de Loozerheide was, dus kon ik meteen eens kijken wat er in die tussentijd is veranderd. Denis Frissen, beheerder van Kempen~Broek, vertelde dat Stichting Ark, door grondruil, het hele gebied nu volledig in bezit heeft.

zoals je goed kunt zien is het elzenbos veel te droog.
Dankzij het verkrijgen van de laatste percelen hoeft de Loozerheide niet langer meer te worden ontwaterd en kan men ook de voedselrijke bovenlaag van de akkers afgraven. Hoewel de vernatting van het voormalige weiland al goed zichtbaar is, is op dit moment een deel van het gebied nog te droog. Daarom gaat men het water door een aantal maatregelen langer vasthouden. Om het bijvoorbeeld niet te laten wegstro- men, gaat men de diepe sloten dempen, of worden er drempeltjes in aangelegd. Daardoor keren de natte laagtes, zoals die er vroeger ook waren, weer terug en ontstaat er afwisseling van natte en droge stukken en variatie in de begroeiing. Het gebied is inmiddels helemaal omheind, zodat de  runderen van het Taurosproject en de kleine kudde Exmoor-pony's overal kunnen komen voor de begrazing.

 
Inmiddels is de kudde Maremmana's uitgebreid met een aantal kalveren en is er onlangs een jonge Maronesa stier bij geplaatst. Maronesa is een runderras uit Portugal, dat in meerdere opzichten lijkt op het uitgestorven oerrund. Maronesa stieren zijn donkerbruin tot zwart, de kleur die gemeenschappelijk was
voor oerossen en andere primitieve rassen. De vorm van hun lichaam doet ook denken aan hun wilde voorouders. Het is een sterk zelfredzaam ras. Vooral de imposante naar voren en naar binnen gerichte hoornpartij, past goed in het kruis- en fokprogramma. Een ander kenmerk is de meelsnuit en de gekroeste bles. Het gaat om een rustig ras dat op het Iberisch schiereiland als trekdier gehouden werd. In het open en voor ieder- een toegankelijke grenspark Kempen~Broek is een dier met een makkelijk hanteerbaar karakter en wijkgedrag van groot belang.

Aangezien we met een grote groep bezoekers waren, hebben we ruim afstand gehouden, dus ik heb er geen echt goede foto van. De stier is het dier op de foto dat ons nauwgezet in de gaten houdt.

Het grasland is het laagst gelegen deel en er is duidelijk zichtbaar sprake van verruiging en vernatting.

 
De Exmoors liepen een heel eind van ons af en toen wij dichterbij kwamen, gingen ze er vandoor naar het populierenbosje. Bij het gedeelte waar veel pijpenstrootje groeit is hun aanwezigheid al goed merkbaar; er zijn steeds meer open plekken te zien met hier en daar een opkomende heidebegroeiing.

 
De vele populieren in het gebied hebben het niet gemakkelijk. Mogelijk is er sprake van een ziekte, maar ik denk meer aan een combinatie van factoren, waaronder met name de bodemgesteldheid. Ongetwijfeld speelt de bodemverontreiniging door de vroegere zinkfabriek hier ook een rol en de naburige akkers en weilanden worden al jaren niet meer bemest door agrariërs; "Ze gaan ahw. dood van armoede".

Dat is op zich geen probleem, want in dit gebied horen ook geen populieren te staan. De populier onttrekt trouwens veel water uit de grond, wat ook van invloed is op de verdrogingsproblematiek. Men gaat dan ook waarschijnlijk tzt. het merendeel ervan kappen. De vele dode bomen die je er nu ziet, worden waarschijnlijk niet opgeruimd. Dood hout maakt namelijk deel uit van meerdere voedselketens en een opgeruimd bos “leeft” niet. De terugkeer van dood hout in onze natuur levert veel op: er is niet alleen meer beschutting, maar ook spechten, kevers, mossen, schimmels en nog veel meer dieren en planten profiteren er van.

 
Het oude schuurtje heeft men laten staan. Het misstaat allerminst in het ruige landschap.

zaterdag 16 februari 2013

Nyrstargebied een half jaartje later

Aan de Limburgse kant van de natuurgronden van zinkfabriek Nyrstar in Budel-Dorplein, ligt de Loozerheide. Nyrstar, de eigenaar sinds 2007, heeft een natuur- compensatieverplichting opgelegd gekregen in ruil voor de ontwikkeling van het Duurzaam Industrieterrein Cranendonck (DIC).
Het gebied dat Nyrstar daar in bezit had, is op 27 september 2012 aan Ark en Natuurmonumenten overgedragen. Op de site van Ark wordt hier meer over verteld.


Zowel Loozerheide als Ringselven zijn een onmisbare schakel in het streven om van het grensoverschrijdende Kempen~Broek één aaneengesloten gebied te maken. Men wil de heide terug, het waterpeil herstellen en een waterbuffer creëren. Zodoende vernat het gebied, krijgt bomengroei minder kans en kan de natuur zich weer ontwikkelen tot een prachtig nat en robuust natuurgebied.

Hoewel het Nyrstargebied oorspronkelijk een groot nat heide- terrein was, is er nagenoeg geen hei meer te zien en is het gebied voor een groot gedeelte begroeid met pijpenstrootje; Nyrstar heeft hier gedurende ongeveer 100 jaar niets aan natuurbeheer gedaan.
Doordat in het verleden greppels voor ontwatering zijn gegraven is het gebied sterk verdroogd. Een centraal in het gebied gelegen vennetje is helaas ook nagenoeg dichtgegroeid. De greppels gaat men dichtgooien, zodat het water langer vastgehouden wordt en waarschijnlijk gaat men de populieren rooien, of misschien laat men de natuur gewoon zijn gangetje gaan en verdwijnen de populieren vanzelf. Een sparrenbos, dat hier van oorsprong ook niet thuis hoort, is al gerooid.
De particuliere akkers, weilanden en bospercelen die eigendom waren van een paar agrariërs, zijn inmiddels ook het eigendom van Ark door grondruil of aankoop. Er is dus in korte tijd al heel wat werk verzet, maar het zal nog een hele tijd duren voor het naar ieders tevredenheid is.

Het gebied is omrasterd door Ark en sinds half november 2012 lopen er een aantal Maremmana runderen, die zorgen voor de begrazing. In mijn blog "Maremmana runderen op de Loozerheide" heb ik al een en ander over deze dieren verteld.
Na enig zoeken vond ik deze prachtige dieren bij een afgelegen groepje bomen. Er zijn 2 kalfjes geboren in de winter en om die reden ben ik op afstand gebleven. De koeien hebben ook een tijdje op de Stramprooise Heide gelopen, samen met een Pajuna stier. Ik vraag me af die de vader is. De kalfjes waren trouwens niet te zien vanwege het hoog groeiende pijpenstrootje. Het rund wordt gekenmerkt door een volgzaam karakter en sterk wijkgedrag, maar je weet niet hoe ze nu vanwege hun kalfjes zullen reageren en wat er gebeurt als je te dicht bij komt.
Er wordt sowieso geadviseerd minstens 25 meter afstand te bewaren en dat is nu zeker van belang.



Sinds vrijdag 8 februari lopen er 6 Exmoorpony’s rond. Het zijn 4 merries, een hengst en een veulen.
Ark heeft bewust voor Exmoorpony’s gekozen, omdat deze paarden vooral jonge boompjes en pijpenstrootje eten. Zo kan mogelijk de heide weer in dit gebied terug keren.




Grotere kaart weergeven

Blogarchief